Door naar volgend hoofdstuk

3.1 De onderbouwing van het RVP en recente wijzigingen van het programma

De minister van VWS Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport) beslist over de samenstelling van het RVP Rijksvaccinatieprogramma (Rijksvaccinatieprogramma), daartoe geadviseerd door de Gezondheidsraad. De Gezondheidsraad  komt tot haar advies op basis van beoordeling naar de stand van de wetenschap en gegevens over het voorkomen van de doelziekte in Nederland. 

Per 1 januari 2024 hanteert de GR een herzien beoordelingskader voor vaccinaties in vaccinatieprogramma’s, zoals het RVP (Gezondheidsraad december 2023). Aanleiding hiervoor was de constatering van de GR dat de tot dan toe gehanteerde criteria uit 2013 inmiddels ontoereikend zijn geworden voor de vaccins die momenteel en waarschijnlijk in de komende jaren tot de markt worden toegelaten.

Het herziene kader omvat vijf beoordelingscriteria waaraan voldaan moet worden om positief over vaccinatie te kunnen adviseren. Naast deze beoordelingscriteria zijn er onderwerpen die verband houden met de vaccinaties en die meegewogen moeten worden in het uiteindelijke advies. De beoordelingscriteria en deze additionele overwegingen en aandachtspunten vormen tezamen het herziene beoordelingskader voor vaccinaties.

De vijf beoordelingscriteria zijn:

Ernst en omvang van de ziekte

De infectieziekte leidt tot een aanmerkelijke ziektelast: de infectieziekte is ernstig voor individuen, en/of de infectieziekte treft (potentieel) een omvangrijke groep.

Doel van de vaccinatie

Voor de vaccinatie wordt een (of meerdere) doel(en) gedefinieerd. Voorbeelden van doelen zijn verminderen van de ziektelast, uitbannen van een ziekte (eradicatie of eliminatie), groepsbescherming in stand houden, indirecte bescherming van risicogroepen, of vaccinatie vanwege maatschappelijk belang, zoals voorkomen van de ontwrichting van de zorg of maatschappij. Ook alternatieven voor vaccinatie, zoals immunisatie of hygiënemaatregelen, worden overwogen.

Effectiviteit van de vaccinatie

Het vaccin is effectief in het voorkomen van ziekte of reduceren van symptomen.

Veiligheid van de vaccinatie

Eventuele nadelige gezondheidseffecten van de vaccinatie (bijwerkingen) doen geen belangrijke afbreuk aan de gezondheidswinst.

Aanvaardbaarheid van de vaccinatie

De last die een individu ondervindt door de afzonderlijke vaccinatie en door het totale vaccinatieprogramma staat in een redelijke verhouding tot de gezondheidswinst voor de persoon zelf en de bevolking als geheel.

Hieronder staan de adviezen van de Gezondheidsraad vermeld, die sinds 2007 de onderbouwing voor het RVP vormen en geleid hebben tot aanpassingen van het RVP. Ook andere besluiten met invloed op het RVP worden beschreven.

Om positief over vaccinatie te kunnen adviseren, moet aan deze vijf beoordelingscriteria worden voldaan.

De additionele overwegingen en aandachtspunten zijn:

Kosteneffectiviteit

De Gezondheidsraad beschrijft de beschikbare kosteneffectiviteitsanalyses en gebruikt die, indien van toepassing, bij de afweging van verschillende vaccins en vaccinatieschema’s.

Uitvoering

De Gezondheidsraad adviseert soms over de uitvoering of onderdelen daarvan, bijvoorbeeld op medisch-inhoudelijke gronden of vanwege specifieke vaccineigenschappen of moeilijk te identificeren doelgroepen.

Deelname en draagvlak

De Gezondheidsraad streeft ernaar in haar advisering inzicht te verschaffen in draagvlak voor en verwachte deelname aan nieuw in te voeren vaccinaties. Waar nodig kan in de advisering worden ingegaan op de inzet van opkomstverhogende interventies.

Vaccinatie naast bestaande programma's

Wanneer wordt geadviseerd om een vaccinatie niet via een publiek programma aan te bieden, kan vaccinatie wel aangewezen zijn voor specifieke doelgroepen of individuen. De Gezondheidsraad beschrijft zo goed mogelijk wanneer dit aan de orde is en om welke groepen het dan zou kunnen gaan.

Vaccinatieaanbod in het buitenland

De Gezondheidsraad presenteert doorgaans een overzicht van de inzet van de vaccinatie in het buitenland. Waar mogelijk en relevant brengt de Gezondheidsraad de verschillen tussen landen in beeld, om duiding te geven aan de overwegingen in Nederland en in buurlanden.

Vervolgadvisering

Er kunnen redenen zijn om een advies te heroverwegen, bijvoorbeeld veranderingen in het aantal ziektegevallen, de beschikbaarheid van nieuwe vaccins of nieuwe wetenschappelijke inzichten over vaccins of vaccinaties. De Gezondheidsraad geeft aan of dat speelt, om welke vaccinatie het gaat en, indien mogelijk, op welke termijn het advies wordt aangepast.

Hieronder staan de adviezen van de Gezondheidsraad vermeld, die sinds 2007 de onderbouwing voor het RVP vormen en geleid hebben tot aanpassingen van het RVP. Ook andere besluiten met invloed op het RVP worden beschreven.

2007
Het advies van de Gezondheidsraad was in 2007 om de vaccinaties tegen difterie, kinkhoest, tetanus, polio, invasieve infecties met Haemophilus influenzae type b, bof, mazelen, rodehond (rubella), invasieve ziekte door meningokokken C en invasieve ziekte door pneumokokken bij kinderen, hepatitis B-vaccinatie voor kinderen van dragers en kinderen van ouders uit risicolanden te handhaven (Gezondheidsraad 2007).

2008
Aan de hand van zeven criteria adviseerde de Gezondheidsraad in 2008 vaccinatie tegen humaanpapillomavirus (HPV Humaan Papillomavirus (Humaan Papillomavirus)) te introduceren voor meisjes op de leeftijd van 12 jaar (Gezondheidsraad 2008).

2009
In 2009 adviseerde de Gezondheidsraad vaccinatie van alle zuigelingen tegen hepatitis B, waarmee het apart vaccineren van kinderen van ouders uit risicolanden kwam te vervallen (Gezondheidsraad 2009).

2010
Door het op de markt komen van twee nieuwe pneumokokkenvaccins (PCV10 en PCV13) en het verdwijnen van het vaccin dat in het RVP gebruikt werd (PCV7), bracht de Gezondheidsraad in 2010 een advies uit over de keuze van het pneumokokkenvaccin (Gezondheidsraad 2010). De conclusie was dat met beide vaccins een goede bestrijding van pneumokokkenziekte via het RVP mogelijk was. We gebruiken nu PCV10-vaccin.

2013
In 2013 bracht de Gezondheidsraad opnieuw advies uit over de pneumokokkenvaccinatie (Spijkerman 2013, Gezondheidsraad 2013). Uit onderzoek was gebleken dat bij een hoge vaccinatiegraad en de inmiddels in Nederland opgebouwde groepsbescherming een serie van 3 in plaats van 4 vaccinaties goede bescherming biedt tegen pneumokokkenziekte.

2014
In 2014 is de bijsluitertekst van het HPV-vaccin (Cervarix) gewijzigd: als een meisje voor de 15e verjaardag de eerste vaccinatie krijgt, zijn twee vaccinaties voldoende (Puthanakit 2013, Romanowski 2013).

2015
Eind 2015 heeft de Gezondheidsraad het dossier uitgebracht ‘Vaccinatie tegen kinkhoest: doel en strategie‘. Bij het inentingsbeleid, met de eerste prik rond de leeftijd van twee maanden, blijven de allerjongsten onbeschermd tegen kinkhoest. Tegelijkertijd zijn zij het meest kwetsbaar voor de ziekte en kunnen zij er zelfs aan sterven. De Gezondheidsraad vindt dat effectieve en veilige aanvullende bescherming kan komen van antistoffen via de moeder en adviseert dan ook om zwangeren tijdens de zwangerschap tegen kinkhoest te vaccineren.

2018
In 2018 is gestart met de MenACWY-vaccinatie. Dit betrof een maatregel om een uitbraak te bestrijden en is daarom niet via de gebruikelijke route van een Gezondheidsraadadvies gegaan, maar op advies van een deskundigenberaad. De maatregel was daarom ook formeel geen onderdeel van het RVP.

Eind 2018 heeft de Gezondheidsraad een advies uitgebracht over opname van de MenACWY-vaccinatie in het RVP in 2020.

Eind 2018 heeft de Gezondheidsraad een advies uitgebracht over het vaccinatieschema van zuigelingen na maternale kinkhoestvaccinatie. Als een moeder tijdens de zwangerschap gevaccineerd is, is haar kind vanaf de geboorte ook beschermd. Daardoor kan de eerste vaccinatie worden uitgesteld en het aantal doses in de primaire serie worden verminderd van 3 naar 2.

2019
In 2019 heeft de Gezondheidsraad geadviseerd om ook jongens te vaccineren tegen HPV, omdat infectie met het virus kan leiden tot verschillende vormen van kanker bij jongens en meisjes. Daarnaast is een vaccinatie het meest effectief als het op jonge leeftijd wordt toegediend. Dit advies is in 2021 voorbereid en in 2022 geïmplementeerd. Vanaf 2022 wordt de vaccinatie zowel aan jongens als aan meisjes aangeboden in het jaar dat ze 10 worden.

2020
In oktober 2020 heeft de Gezondheidsraad een advies uitgebracht over vaccinatie tegen waterpokken. In Europees Nederland is de ziektelast van waterpokken laag. Vrijwel alle kinderen krijgen voor ze 5 jaar oud zijn waterpokken en de infectie verloopt in verreweg de meeste gevallen zonder complicaties. In Caribisch Nederland is de ziektelast wel hoog genoeg om vaccinatie te overwegen. Omdat vaccinatie effectief en voldoende veilig is, adviseert de commissie deze op te nemen in het RVP op de BES-eilanden.

2021
In juni heeft de Gezondheidsraad een advies uitgebracht over vaccinatie tegen rotavirus. De ziektelast door rotavirusinfecties geeft voldoende aanleiding om vaccinatie te overwegen. Universele vaccinatie tegen rotavirus is effectief en leidt tot groepsbescherming. Bij vaccinatie van alleen risicogroepen is de effectiviteit minder duidelijk. Het risico op een darminvaginatie na rotavirusvaccinatie is uiterst klein. In 2022 heeft het ministerie van VWS besloten de universele vaccinatie tegen rotavirus op te nemen in het RVP en vanaf 2024 wordt de vaccinatie aangeboden aan zuigelingen geboren vanaf 1-1-2024.

2022
In augustus 2022 heeft de Gezondheidsraad geadviseerd om bij vaccinatie tegen HPV van mensen van 15 jaar en ouder over te gaan van 3 naar 2 doses. Het effect van vaccinatie met 2 in plaats van 3 doses is voldoende robuust en overtuigend. Voor jongeren tot 15 jaar blijft het aantal doses ongewijzigd: voor deze groep wordt geadviseerd om vast te houden aan 2 doses.

In september heeft de Gezondheidsraad een advies uitgebracht over de optimalisatie van het schema van het Rijksvaccinatieprogramma. De commissie adviseert alle vaccinaties in het RVP te behouden. Daarnaast adviseert ze voor een aantal vaccinaties het moment waarop ze worden gegeven te verschuiven. Daarmee is een optimale bescherming beter gegarandeerd. Het betreft de volgende wijzigingen:

  • De revaccinatie van de DKTP Difterie, Kinkhoest, Tetanus en Poliomyelitis (Difterie, Kinkhoest, Tetanus en Poliomyelitis)-Hib-HepB en Pneu verschuift van 11 naar 12 maanden.
  • De DKTP-booster wordt een DKT Difterie Kinkhoest en Tetanus (Difterie Kinkhoest en Tetanus)-booster en verschuift van 4 naar 5-6 jaar.
  • De BMR2 verschuift van 9 naar 2-4 jaar.
  • De DTP Difterie, Tetanus en Poliomyelitis (Difterie, Tetanus en Poliomyelitis)-booster verschuift van 9 naar 14 jaar.

2023
Kinderen krijgen nu het pneumokokkenvaccin Synflorix (PCV10), werkzaam tegen tien typen. Doordat dit vaccin goed heeft gewerkt, veroorzaken de pneumokokkentypen waar dat vaccin tegen beschermt bijna geen ziekte meer. Andere conjugaatvaccins die voor kinderen beschikbaar zijn, PCV13 en het PCV15, kunnen wel bescherming bieden tegen een groot deel van de pneumokokkentypen die momenteel de meeste ziektegevallen veroorzaken. De Gezondheidsraad heeft in juni geadviseerd om kinderen PCV13 of PCV15 te geven. Naar verwachting kan dit medio 2024 gerealiseerd worden.

2024
Medio 2024 wordt voor de pneumokokkenvaccinatie overgegaan van het Synflorix(PCV10)-vaccin op het Vaxneuvance(PCV15)-vaccin. Dit vaccin biedt bescherming tegen een groter deel van de pneumokokkentypen. Zodra het nieuwe vaccin beschikbaar is, wordt eerst de Synflorix opgemaakt om vervolgens over te gaan op de Vaxneuvance.

3.2 Historisch overzicht RVP per vaccinsoort

Tabel 3a. Historisch overzicht DKTP Difterie, Kinkhoest, Tetanus en Poliomyelitis (Difterie, Kinkhoest, Tetanus en Poliomyelitis), Hib en universele vaccinatie HepB
 
Jaar Wijziging RVP Rijksvaccinatieprogramma (Rijksvaccinatieprogramma)-schema 
DKTP, Hib en universele vaccinatie HepB
Vaccin Wijziging  schema, leeftijden en cohort
1957 Start RVP voor alle kinderen t/m 13 jaar Difterie (D) Kinkhoest (K) Tetanus (T) Polio (P) DwKT en IPV (los vaccin) Bij 3, 4, 5 en 11 mnd en inhaalmogelijkheid bij 4 jaar en 9 jaar
1962 DKTP en P in combinatievaccin DwKTP  
1965 DTP Difterie, Tetanus en Poliomyelitis (Difterie, Tetanus en Poliomyelitis)-boostervaccinaties DTP Bij 4 jaar en 9 jaar
1993 Haemophilus Influenzae type b (Hib) Hib (los vaccin) Bij 3, 4, 5 en 11 mnd

Tegelijk met DKTP vanaf 1-4-1993
1999 Vervroeging startleeftijd DKTP en Hib DwKTP en Hib (los vaccin) Bij 2, 3, 4 en 11 mnd vanaf cohort 1999
2001 K-boostervaccinatie bij 4 jaar aK-vaccin (los vaccin) Bij 4 jaar tegelijk met DTP vanaf cohort 1998
2003 DKTP en Hib in combinatievaccin DwKTP-Hib Vanaf cohort 2003
2005 Vervanging whole-cell K-component door acellulair K-component DaKTP-Hib Vanaf cohort 2005
2006 DKTP-boostervaccinatie bij 4 jaar combinatievaccin DaKTP Bij 4 jaar
2011 HepB voor alle kinderen in combinatievaccin met DaKTP en Hib DaKTP-Hib-HepB Bij 2, 3, 4 en 11 mnd vanaf 1-8-2011
2012 Advies eerste vaccinaties zo vroeg mogelijk te geven ( 6-9 weken) i.v.m. kinkhoest DaKTP-Hib-HepB Bij 2 mnd
2020 Kinkhoestvaccinatie tijdens de zwangerschap DKT Difterie Kinkhoest en Tetanus (Difterie Kinkhoest en Tetanus) Vanaf 22 weken zwangerschap, vanaf 16-12-2019
2020 Na maternale K-vaccinatie een vaccinatie minder voor de zuigeling (onder voorwaarden)

Vaccinatiemoment van 4 mnd naar 5 mnd
DaKTP-Hib-HepB Standaardschema: bij 3, 5 en 11 mnd

Aangepast schema: bij 2, 3, 5 en 11 mnd vanaf 1-1-2020
2024 Vaccinatiemoment van 1e revaccinatie van 11 maanden naar 12 maanden DaKTP-Hib-HepB Standaardschema: bij 3, 5 en 12 mnd

Aangepast schema: bij 2, 3, 5 en 12 mnd, vanaf g
eboortecohort
2024
2024 DKTP-booster bij 4 jaar wordt een DKT-booster tussen 5e en 6e verjaardag DKT-booster Vanaf cohort 2021

Tabel 3b. Historisch overzicht Hepatitis B

Jaar Wijziging RVP-schema
Hepatitis B
Vaccin Wijziging schema, leeftijden en cohort
1989 HepB voor risicokinderen: kinderen van hepatitis B-dragers HepB (+ HepB-Ig bij geboorte) Bij 3, 4, 5 en 11 mnd (in Amsterdam bij 0, 1 en 6 mnd), vanaf cohort 1989
2003 Wijziging schema   Bij 2, 4 en 11 mnd (in Amsterdam bij 0, 1 en 6 mnd)
2003 HepB ook voor kinderen van ouders uit endemische landen    
2006 Combinatievaccin met DaKTP en Hib DaKTP-Hib-HepB Bij 2, 3, 4 en 11 mnd, vanaf 1-4-2006 (in Amsterdam bij 0, 1 en 6 mnd tot okt 2010)
2006 HepB-0 voor kinderen van HepB-dragers HepB (+ HepB-Ig) Binnen 48 uur na geboorte
2008 HepB voor kinderen met trisomie 21 DaKTP-Hib-HepB Bij 2, 3, 4 en 11 mnd heel NL
2011 HepB voor alle kinderen (zie DKTP, Hib en universele vaccinatie HepB 2011) DaKTP-Hib-HepB Bij 2, 3, 4 en 11 mnd, vanaf cohort 1-8-2011 (heel NL)
2020 Twee schema’s naar aanleiding van implementatie maternale K-vaccinatie DaKTP-Hib-HepB Standaardschema: bij 3, 5 en 11 mnd

Aangepast schema: bij 2, 3, 5 en 11 mnd

Bij start vaccinatie vanaf 1-1-2020
2024 Vaccinatiemoment van de revaccinatie van 11 naar 12 maanden DaKTP-Hib-HepB

Standaardschema: bij 3, 5 en 12 mnd

Aangepast schema: bij 2, 3, 5 en 12 mnd, vanaf cohort 2024

Tabel 3c. Historisch overzicht bof, mazelen en rodehond

Jaar Wijziging RVP-schema
Bof, mazelen en rodehond
Vaccin Wijziging schema, leeftijden en cohort
1974 Rodehond (R) voor meisjes Los rubellavaccin Vaccinatie meisjes 11 jaar, vanaf cohort 1963
1976 Mazelen (M) Los mazelenvaccin Bij 14 mnd, vanaf cohort 1975
1987 Bof (B)
BMR Bof, Mazelen en rodehond (Bof, Mazelen en rodehond) (voor jongens en meisjes)
BMR-combinatie­vaccin Bij 14 mnd, vanaf cohort 1983 en bij 9 jaar, vanaf cohort 1978
 

Wie hebben mazelen en/of BMR-vaccinaties aangeboden gekregen?

  • geboren na 1-1-1975 en voor 1-1-78: 1x mazelenvaccin
  • geboren na 1-1-1978 en voor 1-1-83: 1x mazelenvaccin (14 mnd) 1x BMR (9 jaar)
  • geboren na 1-1-1983 en voor 1-1-86: 2x BMR (inhaalcampagne)
  • geboren na 1-1-1986: 2x BMR, bij 14 mnd en 9 jaar (regulier RVP)
 

 

 

Wie hebben rodehond- en/of BMR-vaccinaties aangeboden gekregen?

  • geboren na 1-1-1963 en voor 1-1-78: 1x rodehondvaccin voor meisjes
  • geboren na 1-1-1978 en voor 1-1-83: 1x BMR voor iedereen (9 jaar)
  • geboren na 1-1-1983 en voor 1-1-86: 2x BMR (inhaalcampagne
  • geboren na 1-1-1986: 2x BMR, bij 14 mnd en 9 jaar (regulier RVP)
 

 

Tabel 3d. Historisch overzicht meningokokken
 
Jaar Wijziging RVP-schema
Meningokokken
Vaccin Wijziging schema, leeftijden en cohort
2002 Meningokokken C (MenC) MenC Bij 14 mnd, vanaf 1-6-2001, inhaalcampagne vanaf 1-6-1983
2018 Meningokokken ACWY (MenACWY) MenACWY Bij 14 mnd, vanaf 1-5-2018

Tieners: geboren 1-5-2004 t/m 31-12-2004

Uitbraakmaatregel
2019 en 2020 Meningokokken ACWY (MenACWY) MenACWY Extra vaccinatiecampagne (uitbraakmaatregel) voor cohorten 1-1-2001 t/m 30-4-2004 en cohort 2005
2020 Meningokokken ACWY (MenACWY) MenACWY Peuters bij 14 mnd, vanaf 1-1-2020 en cohort 2019 onderdeel van RVP

In het jaar dat tiener 14 wordt
Vanaf 1-1-2020 en cohort 2006 onderdeel van RVP
Tabel 3e. Historisch overzicht pneumokokken
 
Jaar Wijziging RVP-schema
Pneumokokken
Vaccin Wijziging schema, leeftijden en cohort
2006 Pneumokokken (Pneu) Pneu 7-valent Bij 2, 3, 4 en 11 mnd, vanaf 1-4-2006
2011 Overgang naar 10-valent vaccin Pneu 10-valent Vanaf 1-3-2011
2013 1 dosis minder Pneu 10-valent

Bij 2, 4 en 11 mnd, vanaf 27-11-2013

2020 Wijziging tijdstip eerste 2 vaccinaties i.v.m. wijziging schema DKTP-Hib-HepB Pneu 10-valent Bij 3, 5 en 11 mnd,
Bij start vaccinatie
vanaf 1-1- 2020
2024 Vaccinatiemoment van de revaccinatie van 11 naar 12 maand Pneu 10-valent Standaardschema: bij 3, 5 en 12 mnd

Aangepast schema: bij 2, 3, 5 en 12 mnd vanaf g
eboortecohort
2024
2024 Overgang naar 15-valent vaccin Pneu 15-valent Vanaf medio 2024
Tabel 3f. Historisch overzicht HPV Humaan Papillomavirus (Humaan Papillomavirus)
 
Jaar Wijziging RVP-schema
HPV
Vaccin Wijziging schema, leeftijden en cohort
2010 Humaanpapillomavirus (HPV) HPV 2-valent Vaccinatieschema T = 0-1-6 maanden rond leeftijd 13 jaar, vanaf cohort 1997

Inhaalcampagne cohorten 1993-1996
2014 1 dosis minder bij meisjes < 15 jaar HPV 2-valent Vaccinatieschema T = 0-6 maanden rond leeftijd 13 jaar, vanaf cohort 2001
2022 HPV-vaccinatie voor jongens en meisjes HPV 2-valent

Vaccinatieschema T = 0-6 maanden in jaar dat kind 10 jaar wordt vanaf cohort 2012

Cohort 2009 krijgt vaccinatie in jaar dat tiener 13 wordt.

Inhaalcampagne alle 10-18 jarige jongens en ongevaccineerde meisjes uit cohorten 2004, 2006 en 2008
2023 HPV-vaccinatie voor jongens en meisjes: 1 dosis minder bij >> 15 jaar HPV 2-valent Vaccinatieschema T = 0-6 maanden is ook voldoende voor 15 jaar en ouder

Formeel vanaf 1-1-23 en wordt gedoogd vanaf 31-8-22
2023 Tijdelijke HPV vaccinatiecampagne 18+ HPV 2-valent Inhaalcampagne voor de cohorten 1996 t/m 2003
2024 Verlenging tijdelijke HPV vaccinatiecampagne 18+ HPV 2-valent

Inhaalcampagne voor de cohorten 1996 t/m 2003

Tot 1-6-2024

Tabel 3g. Historisch overzicht maternale griepvaccinatie
 
Jaar Wijziging RVP-schema
Maternale griepvaccinatie
Vaccin Wijziging schema, leeftijden en cohort
2022 Griepvaccin van 15 oktober tot 1 maart Influenzavaccin

Gezonde zwangeren vanaf 22 weken en zwangeren met medische indicatie ongeacht  zwangerschapsduur, bij de huisarts, vanaf griepseizoen 2022/2023

2023 Griepvaccin van 15 oktober tot 1 maart Influenzavaccin

Gezonde zwangeren vanaf 22 weken, bij de JGZ Jeugdgezondheidszorg (Jeugdgezondheidszorg)

Zwangeren met medische indicatie ongeacht zwangerschapsduur, bij de huisarts, vanaf griepseizoen 2023/2024

Tabel 3h. Historisch overzicht rotavirusvaccinatie
Jaar Wijziging RVP-schema
Rotavirusvaccinatie
Vaccin Wijziging schema, leeftijden en cohort
2024 Rotavirusvaccinatie (Rota) Rotarix (2 doses) Bij 6-9 weken en 3 mnd, vanaf cohort 2024

Vanaf 1968 is de registratie van vaccinaties geleidelijk ingevoerd. De startdatum van de registratie per regio is te vinden op de pagina Startdata registratie vaccinaties.