Start toediening is vanaf januari 2024. Is het zo dat we starten met vaccineren bij alle kinderen die op 1 januari 2024 6-9 weken oud zijn of starten we met kinderen die geboren worden vanaf 1 januari 2024?

We starten met kinderen geboren vanaf 1-1-2024. De eerste toedieningen zullen in de praktijk dus pas medio februari (6 weken na 1-1-2024) plaatsvinden.

Besmettelijkheid is seizoensgebonden. Is het dan effectief om toch alle kinderen te vaccineren, het hele jaar door? (Denk aan de maternale griepvaccinatie van okt-mrt)

Ja, het is effectief om het hele jaar door te vaccineren, want een volledige vaccinatieserie Rotarix® biedt minimaal 3 jaar bescherming, zie bijsluiter.

Waarom is het een oraal vaccin?

Omdat het vaccin oraal wordt toegediend, komt het levend verzwakte virus in het maagdarmstelsel terecht. Hier “infecteert” het de maag en darmwand en treedt het immuunsysteem in werking. Het vaccin is daarom in staat om zowel mucosale als systemische immuniteit te genereren. Meer informatie over orale vaccins vind je hier.

Het is een levend vaccin, wordt deze niet afgebroken door het kind vanwege de maternale antistoffen die het kind nog heeft?

Het vaccin is bewezen effectief, dus eventuele invloed van antistoffen verkregen via transplacentaire overdracht en/of borstvoeding lijkt beperkt.
Het geven van borstvoeding rond het moment van toediening van het rotavirusvaccin lijkt geen invloed op de antistofrespons op rotavirusvaccin bij de zuigeling te hebben (zie hier).

Hoeveel tijd kost het toedienen?

Het instructiefilmpje geeft hiervoor een goede indicatie. Je kunt het hier nogmaals bekijken. Het is vooral belangrijk dat je de toediening niet overhaast om de kans op spugen/verslikken te voorkomen.

Is een speen bij toediening (zoals te zien in het instructiefilmpje) nodig?

Een speen is niet nodig, maar kan soms helpen om het kind te laten zuigen en slikken, waardoor het vaccin gemakkelijker wordt door geslikt.

Kunnen ouders het vaccin zelf toedienen?

Ja, technisch gezien kan dat, maar dat is binnen het RVP Rijksvaccinatieprogramma (Rijksvaccinatieprogramma) niet de bedoeling. Door de rotavirusvaccinatie te laten toedienen door een JGZ Jeugdgezondheidszorg (Jeugdgezondheidszorg) professional, een verpleegkundige of kinderarts kan de cold chain worden bewaakt, ben je zeker van een correcte en volledige toediening, kan het juiste interval worden gehanteerd en wordt het kind op de juiste leeftijd gevaccineerd. Inventarisatie van tevoren van de contra-indicaties is extra belangrijk bij dit levend verzwakt vaccin. Daarnaast is het de 1e vaccinatie in het kader van het RVP. Logisch om dat goed te begeleiden en uit te voeren en het niet aan ouders zelf over te laten.

Kan het vaccin worden toegediend door iemand die immuun gecompromitteerd of zwanger is?

Ja normale handhygiëne toepassen is voldoende conform richtlijn: Handen wassen | RIVM.

Kan het rotavirusvaccin ook door een sonde heen toegediend worden?

Toediening via een sondevoeding is off-label. Er is geen data beschikbaar over de veiligheid, immunogeniciteit en/of werkzaamheid van het toedienen van Rotarix® via sondevoeding (neussondes, maagsondes of jejunostomiesonde) Aangezien het vaccin slechts 1,5 ml betreft, heeft het de voorkeur dat het vaccin oraal wordt toegediend, ook bij kinderen met een sonde. Dus alleen via de sonde toedienen als dit echt noodzakelijk is. Op basis van het biologisch werkingsmechanisme is het aannemelijk dat het vaccin toegediend via een sonde ook werkzaam en veilig is.

Hoe lang kan het Rotarix® vaccin uit de koelkast blijven?

Toediening dient zo snel mogelijk plaats te vinden, maar in ieder geval dezelfde dag onder voorwaarde dat:

  1. Het vaccin beschermd is tegen licht.
  2. De temperatuur van de kamer waarin het vaccin ligt gemonitord wordt, zodat het aantoonbaar is dat het vaccin niet boven kamertemperatuur (15-25 °C) bewaard is.
  3. Het vaccin niet onbeheerd achtergelaten wordt.

Waarom zit er een pijnstillend middel in het vaccin?

Er zit geen pijnstillend middel in maar sucrose. Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat het sucrosegehalte in het rotavirusvaccin een pijnverlagend effect heeft als dit vaccin als eerste wordt gegeven (zie WHO position paper).

Hoe werkt het pijn verlagend effect, hoe snel werkt dit en hoe lang houdt het pijn verlagende effect aan?

Sucrose werkt bij pasgeborenen pijnstillend bij venapunctie, hielprik of vaccinatie. Sucrose (sacharose, suiker) is een zeer zoete vloeistof, die in concentraties van 12 tot 50% en in doseringen variërend van 0,05 tot 2 ml in het ziekenhuis wordt gegeven als pijnbestrijding voor neonaten bij kortdurende pijnlijke procedures zoals hielprik en venapunctie. Het zou twee minuten vóór een pijnlijke handelingen moeten worden toegepast om een pijnstillend effect te krijgen bij premature en a terme pasgeborenen. De werkingsduur wordt op >5 minuten geschat (FMS Richtlijn Pijnmeting en behandeling bij kinderen). In de RL Uitvoering RVP Rijksvaccinatieprogramma (Rijksvaccinatieprogramma) staat een paragraaf over pijnvermindering bij vaccineren. Daar kun je ook nog eens kijken.

Het vaccin is per ongeluk vóór de leeftijd van 6 weken toegediend. Wat nu?

De vaccinatie hoeft niet over. Er bestaan tegenwoordig ook rotavirusvaccins die al neonataal, direct na de geboorte worden toegediend, en dat werkt ook.

Hoe erg is het als je pas met 23 weken de 2e dosis geeft?

Dat is geen probleem. De serie dient bij voorkeur vóór de leeftijd van 16 weken afgerond te worden, maar uiterlijk voor de leeftijd van 24 weken. De 2e dosis kan dus nog bij 23 weken worden gegeven. Je mag zelfs de 1e dosis nog van 19 weken en 6 dagen tot en met 23 weken en 6 dagen geven. Dan vervalt de 2e dosis.

Waarom kan je de Rotarix® niet op 3 maanden en 5 maanden toedienen als een kind een 3-5-11 schema volgt?

Het dringende advies is om de eerste rotavirusvaccinatie niet later te geven dan op de leeftijd van 12 weken en bij voorkeur tussen 6 en 9 weken (liefst zo dicht mogelijk bij de 6 weken). De tweede vaccinatie dient bij voorkeur vóór de leeftijd van 16 weken en uiterlijk op de leeftijd van 23 weken en 6 dagen worden toegediend. Als je vaccinatie pas zou plannen rond de leeftijd van 3 en 5 maanden, zit je al snel voorbij bovengenoemde leeftijdsgrenzen voor de eerste en tweede rotavirusvacinatie en dichter bij de piek van het natuurlijk voorkomen van darminvaginatie. Dat is daarom niet wenselijk. Ook willen we kinderen natuurlijk het liefst zo vroeg mogelijk beschermen tegen rotavirusinfectie.

Mogen prematuren <27 weken zwangerschapsduur ook gevaccineerd worden tegen rotavirus?

Ja dat mag. In de bijsluiter staat weliswaar 27 weken zwangerschapsduur als ondergrens voor toediening, maar dat was omdat er weinig gegevens over veiligheid bij deze extreem te vroeg geboren kinderen was. In de RIVAR-studie (Risk-group infant vaccination against rotavirus) is de tolerabiliteit en veiligheid van rotavirusvaccinatie bij extreem te vroeg geboren kinderen onderzocht. Ook ESPID, CDC adviseren bij te vroeg geboren baby’s geen minimale zwangerschapsduur.

Wat als zuigeling het grootste deel van het vaccin direct uitspuugt?

Geef een extra dosis, ook bij twijfel, dit kan namelijk geen kwaad. Dit is ook het beleid bij andere vaccinaties die intramusculair worden toegediend. Het toedienden van een vervangende dosis lijkt in verreweg de meeste gevallen echter niet nodig, er is slecht een klein deel nodig voor een goede immuunrespons. Aangezien het bij spugen soms moeilijk vast is te stellen welk deel precies is binnengekomen, adviseren we een extra dosis, ook bij twijfel. Op basis van het veiligheidsprofiel bestaat er bij een extra dosis geen gevaar voor overdosering, zelfs als de zuigeling tijdens hetzelfde bezoek 2 volledige doseringen toegediend zou krijgen.

Na hoeveel tijd is spugen acceptabel?

Je kunt als vuistregel aanhouden: als het kind tijdens het consult spuugt en het grootste deel van het vaccin direct uitspuugt, is het advies om de dosis eenmalig te herhalen. Ook bij twijfel. Dit kan meteen. Zie ook antwoord hierboven.

Wat als de baby zich tóch verslikt en vaccin aspireert?

Dan gaat het kind hoesten en hoest het vaccin weer op. Het zal voldoende vaccin binnenkrijgen voor de aanmaak van antistoffen. Als het vervolgens gaat spugen, zie de twee Q&A’s hierboven.

Mag een baby direct na de vaccinatie drinken?

Ja dat kan.

Is bij 3 maanden 3 vaccins toedienen niet te veel of een te grote belasting voor het kind?

Het immuunsysteem kan dit gewoon aan. Ook in andere landen worden bij sommige vaccinatiemomenten meer dan 2 vaccins tegelijkertijd gegeven. Daarnaast is dit een drinkvaccin, dus het aantal prikken dat tegelijk wordt gegeven neemt niet toe. Daarnaast bevat het rotavirusvaccin sucrose, wat een pijnstillend effect heeft op de eventueel daarna volgende vaccinaties.

Wat te doen met kinderen die met de leeftijd van 4 weken nog in het ziekenhuis liggen en dus het 4 weken consult bij de jeugdarts missen, maar wel voor de leeftijd van 6 weken weer thuis zijn?

De JGZ Jeugdgezondheidszorg (Jeugdgezondheidszorg) plant i.o.m. de ouders een consult zodra het kind weer thuis is, om de indicatie te stellen. Zo nodig of mogelijk vindt in hetzelfde consult ook de eerste toediening van het rotavirusvaccin plaats. De kinderarts dient de JGZ tijdig op de hoogte te stellen van eventuele contra-indicaties.

Hoe kan de overdracht van de kinderarts naar de jeugdarts het beste plaats vinden?

Regionale samenwerking is nodig om overdracht en afstemming goed te regelen. Het heeft de voorkeur dat kinderartsen de volgende items standaard in de ontslagbrief opnemen:

  • Toediening rotavirusvaccinatie;
  • Contra-indicaties bij kind voor rotavirusvaccinatie;
  • Contra-indicaties bij moeder vanwege medicijngebruik in de zwangerschap voor rotavirusvaccinatie kind;
  • Toediening andere RVP Rijksvaccinatieprogramma (Rijksvaccinatieprogramma)-vaccinaties;
  • Eventuele benodigde monitorbewaking bij vaccinatie.

Vervolgens dient de ontslagbrief ook naar de jeugdarts te worden gestuurd.
Kinderen worden echter regelmatig overgeplaatst van het ene ziekenhuis naar het andere. Ook worden kinderen buiten eigen regio in een ziekenhuis geplaatst, wat de samenwerking zal bemoeilijken. Hiervoor is (nog) geen landelijke oplossing.
Het is belangrijk dat de vaccinatie geregistreerd wordt in het vaccinatiebewijs van het kind. Dat nemen de ouders ook mee naar het consultatiebureau.
De kinderarts geeft de informatie door aan de juiste JGZ-organisatie (zie postcodetool) middels beveiligde mail (bijv. zorgmail), een (ontslag)brief of telefoon.
De kinderarts meldt een vaccintoediening via het vaccinregistratieformulier, mits ouders hiervoor toestemming hebben gegeven. Op die manier wordt de toediening landelijk bij het RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) geregistreerd. Dit is na maximaal 3 werkdagen in te zien door de JGZ.

Welke verantwoordelijkheid heeft de JGZ Jeugdgezondheidszorg (Jeugdgezondheidszorg) bij de absolute contra-indicaties voor rotavirusvaccinatie? Veel contra-indicaties zijn nog niet bekend. Mag de JGZ dan vaccineren?

In de richtlijn Uitvoering RVP Rijksvaccinatieprogramma (Rijksvaccinatieprogramma) deel over rotavirusvaccinatie staat: Indien een dergelijke contra-indicatie bekend is bij een kind, dient de kinderarts de JGZ hiervan per direct op de hoogte te stellen. Ook al is het formeel de taak van de kinderarts, de jeugdarts dient zich er wel van te vergewissen of er contra-indicaties zijn vanwege een aandoening of medicijngebruik van het kind zelf of medicijngebruik van de moeder tijdens de zwangerschap. Er kan ook in de verzending van de informatie iets mis zijn gegaan, per post of digitaal. Dus check de ontslagbrief van de kinderarts. Als daar niets bijzonders in staat, kan de jeugdarts ervan uit gaan dat bij het kind geen contra-indicaties bestaan. Navraag naar medicijngebruik tijdens de zwangerschap blijft van belang.

Een moeder heeft tijdens de zwangerschap een afweer onderdrukkend geneesmiddel gebruikt. Mag het kind een rotavirusvaccinatie hebben?

Sommige biologicals (soort afweer onderdrukkende geneesmiddelen) kunnen via de placenta ook bij het kind terecht komen. De behandelaar van moeder weet of dat bij deze behandeling kan gebeuren. Als er bij het kind een spiegelbepaling is gedaan en er is geen biological aantoonbaar bij het kind, kan het kind de rotavirusvaccinatie krijgen. Als er wel biological aantoonbaar is, krijgt het kind geen rotavirusvaccinatie. Bij twijfel of onbekende spiegel, hoeft de jeugdarts geen spiegel te laten bepalen en wordt het kind niet gevaccineerd tegen rotavirus.

Uitzonderingen:

  • Cetoluzimab pegol: passeert de placenta niet en gebruik tijdens de hele zwangerschap vormt geen contra-indicatie voor toediening van rotavirusvaccin bij het kind;
  • Adalimumab en Etanercept: gebruik tot 20 weken zwangerschap vormt geen contra-indicatie voor toediening van rotavirusvaccin bij het kind.
Een kind heeft na de geboorte corticosteroïden gekregen, mag het nu gevaccineerd worden tegen rotavirus?

Dat hangt af van de duur en de dosering. Corticosteroïden kunnen de afweer onderdrukken als ze gedurende langere tijd worden gegeven of de dosering hoger is dan een leeftijdsspecifieke maximumgrens. Aangezien rotavirusvaccinatie een levend verzwakt vaccin is, geven we dit niet bij een onderdrukte afweer. Zie Richtlijn Uitvoering RVP in Addendum: Vaccinatie en afweerstoornissen, paragraaf  ‘De moeder gebruikte tijdens de zwangerschap biologicals en heeft die overgedragen op haar kind’ en LCI-handleiding vaccinatie bij chronisch inflammatoire aandoeningen hoofdstuk 7 ‘Vaccinaties bij kinderen van moeders die biologicals gebruikt hebben tijdens de zwangerschap’. Bij twijfel is het beter om niet te vaccineren.

Wat wordt verstaan onder acute ernstige gastro-enteritis?

Zie “Buikgriep” (Gastro-enteritis) bij kinderen | LUMC.
Kinderen moeten braken en hebben diarree. Bij baby’s en jonge kinderen kan hierdoor een vochttekort ontstaan. Verschijnselen: braken, diarree, koorts en gebrek aan eetlust. Soms zit er bloed of slijm bij de ontlasting. Door de infectie meer water- en zoutverlies via de ontlasting en risico op uitdroging. Hierdoor gewichtsverlies. Andere verschijnselen bij uitdroging zijn:

  • Dorst;
  • Sufheid;
  • Ingezonken ogen en fontanel;
  • Droge slijmvliezen;
  • Elasticiteit van de huid wordt minder;
  • Minder plassen.

Hoe ernstiger deze klachten zijn, hoe meer het kind uitgedroogd is.

In de bijsluiter van Rotarix® staat dat het vaccin 0,15 microgram fenylalanine per dosis bevat. En dat fenylalanine kan schadelijk zijn voor patiënten met PKU. Is fenylketonurie (PKU) dan een contra-indicatie voor rotavirusvaccinatie?

Het is een wettelijke bepaling om te vermelden dat er fenylalanine in een product zit in verband met PKU. PKU is echter geen contra-indicatie voor het toedienen van Rotarix® omdat het vaccin een zeer geringe hoeveelheid fenylalanine bevat en het zeer onwaarschijnlijk is dat deze hoeveelheid de bloedconcentratie fenylalanine bij het kind zal beïnvloeden. Flesvoeding voor jonge kinderen met PKU mag 25-50 mg (milligram) fenylalanine per dag bevatten (versus 0,15 microgram in één dosis Rotarix®). De Europese richtlijnen voor fenylkentonurie bevelen vaccinatie aan omdat gastro-enteritis kan zorgen voor een katabole status waardoor de bloedconcentratie fenylalanine juist kan stijgen.

Kan het rotavirusvaccin gegeven worden bij gebruik van biologicals, zoals infliximab, tijdens borstvoeding?

Ja dit kan. Het Farmacotherapeutisch Kompas kan soms een tegenstrijdige conclusie geven. De richtlijn Medicatiegebruik bij inflammatoire reumatische aandoeningen rondom de zwangerschap van de Vereniging voor Reumatologie, is hierin echter leidend. In deze richtlijn staat het volgende:  

Voor zover bekend zijn er geen specifieke studies gedaan naar het effect van het gebruik van bDMARDs tijdens het geven van borstvoeding op vaccinaties. Het is echter zeer onwaarschijnlijk dat het gebruik van bDMARDs tijdens het geven van borstvoeding effect heeft op vaccinaties bij het kind. bDMARDS zijn hoofdzakelijk monoclonale antilichamen en dus groot moleculair en hebben daarom geen of nauwelijks passage naar de moedermelk. Bovendien krijgt het kind de borstvoeding enteraal binnen, waar een eventuele bDMARD alsnog niet systemisch wordt opgenomen, maar wordt geëlimineerd of uitgescheiden (Anderson, 2016a, 2018b; Verstegen & Ito, 2019). Er is zodoende met betrekking tot het geven van vaccinaties aan het kind geen bezwaar voor het gebruik van bDMARDs tijdens het geven van borstvoeding (Anderson, 2016, 2018)

Er zijn echter enkele uitzonderingen, zoals golimumab, zie hiervoor de richtlijn van de vereniging voor reumatologie of Moeders van Morgen, het kenniscentrum op gebied van mogelijke effecten van geneesmiddelgebruik op zwangerschap en borstvoeding (onderdeel van Lareb).

Hoe lang duren de bijwerkingen?

De bijwerkingen vinden over het algemeen in de 14 dagen na de vaccinatie plaats, meestal in de eerste 8 dagen na toediening. Ze duren meestal een paar dagen.

Welke mogelijke bijwerkingen bespreek je vooraf aan de toediening met ouders?

Het vaccin wordt over het algemeen goed verdragen, geef uitleg over de meest voorkomende bijwerkingen. Het heeft een mild bijwerkingspatroon. De meest voorkomende klacht is enkele dagen dunnere ontlasting. Daarnaast zijn klachten van buikpijn, winderigheid en ogenschijnlijke geïrriteerdheid (door malaise) gemeld. Ook wordt in de bijsluiter dermatitis als gemelde klacht beschreven. Deze klachten komen vooral voor in de 1e week na vaccinatie, en zijn doorgaans mild en kortdurend.
Zeer vroeg geboren baby’s (<28 weken zwangerschapsduur) kunnen apneu’s krijgen (langere pauzes tussen ademteugen dan normaal) binnen een tot twee dagen na de vaccinatie. Dit is ook bij andere (RVP Rijksvaccinatieprogramma (Rijksvaccinatieprogramma))-vaccinaties zo.
Zeer zeldzame bijwerkingen worden niet standaard besproken tijdens het consult. Alleen als er aanleiding voor is of op verzoek van de ouder. Darminvaginatie wordt als zeer zeldzame bijwerking van de rotavirusvaccinatie gemeld, maar komt vaker spontaan voor met een piek rond de leeftijd van 6 maanden. Dit is de reden dat we tijdig willen vaccineren om de serie voor die leeftijd afgerond te hebben. In andere landen waar de rotavirusvaccinatie voor alle baby’s al langer wordt geadviseerd, wordt geen verhoogde incidentie van darminvaginatie gezien.
De oorzaak van de darminvaginatie is vaak niet duidelijk en de associatie met de vaccinatie is onbegrepen. Als een darminvaginatie na vaccinatie werd gezien was dat meestal in de week na toediening van de eerste dosis. Hoewel er ook onderzoeken zijn die geen verhoogd risico hebben gevonden, wordt er voor de zekerheid wel rekening gehouden met een daadwerkelijk iets verhoogd risico.
Het is goed om daarover transparant te zijn naar ouders toe. Advies: Het is belangrijk om ouders te instrueren contact op te nemen met de huisarts als zij zich zorgen maken bijvoorbeeld omdat hun kind heel erg ziek is. Dat geldt ook voor andere RVP-vaccinaties. Focus op symptomen waarop ouders alert moeten zijn, die kunnen wijzen op een mogelijke zeldzame bijwerking (zie vraag hier onder). Bij verdere vragen kan meer (bovenstaande) uitleg gegeven worden.

Wat zijn de symptomen van darminvaginatie?

Bij een darminvaginatie schuiven delen van de darm in elkaar. Door de invaginatie kan darmafsluiting ontstaan en/of kan de bloedtoevoer van de darmwand worden belemmerd.
Symptomen bij baby’s zijn heftige buikpijnaanvallen met huilen en braken. Vaak worden tijdens de aanval de beentjes opgetrokken. Veel kinderen hebben slijm of bloed in de ontlasting. Dit zijn alarmsymptomen en een reden op de huisarts te consulteren.

Binnen hoeveel tijd na vaccinatie kan een darminvaginatie optreden?

Als een darminvaginatie na vaccinatie werd gezien was dat meestal in de week na toediening van de eerste dosis.

Geldt de kans op darminvaginatie bij rotavirusvaccin alleen bij de eerste dosis of bij beide doses?

Kan na beide doses vóórkomen, maar bijwerkingencentrum Lareb geeft op basis van beperkt bewijs aan dat het toegenomen risico op darminvaginatie na de 1e dosis groter is dan na de 2e dosis. Zie: https://www.lareb.nl/mvm-kennis-pagina?id=1490.

Is er in Nederland ook onderzoek gedaan naar hoe vaak darminvaginatie voorkomt?

Ja, Gadroen et al. vonden een lage incidentie van darminvaginatie in Nederland in de periode 2008-2012. De totale incidentie bij kinderen <36 maanden oud was 21,2 per 100.000 persoonsjaren (95% betrouwbaarheids-interval (BI): 12,5-34,3) op basis van huisartsgegevens en 22,6 per 100.000 persoonsjaren (95% BI: 20,9-24,4) op basis van ziekenhuisgegevens. Zie: https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/28662763/. De Gezondheidsraad gaat uit van een achtergrondincidentie van 35 invaginaties per 100.000 per jaar bij kinderen jonger dan 1 jaar.

Na invoering rotavirusvaccinatie in andere landen is de incidentie van darminvaginatie erna niet hoger?

Dat klopt. In een Cochrane-analyse op basis van diverse randomized controlled trials werd geen toename gevonden in invaginaties na vaccinatie: bij studies naar Rotarix® werden 30 invaginaties gemeld in de gevaccineerde groep (n=53.032) en 28 in de controle groep (n=44.124): RR 0,70 (95% betrouwbaarheidsinterval 0,46-1,05). Zie: https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/30912133/. In recente reviews werd ook geen toename van het risico op darminvaginatie gevonden in de eerste 1-2 jaar na vaccinatie (zie https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/34788488/, https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33970192/ en https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33060518/).
In Duitsland nam na de introductie van vaccinatie tegen rotavirus de incidentie van invaginatie gedurende het eerste levensjaar af: IRR 0,73 (95% BI 0,68-0,79). De incidentie ten tijde van de eerste vaccinatie (gedurende de eerste 7 tot 12 weken) leek daarentegen toe te nemen, maar het verschil was niet statistisch significant: IRR 1,29 (95% BI 0,93-1,78). Zie: https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/32187139/.
De Gezondheidsraad gaat er in haar advies voorzichtigheidshalve van uit dat rotavirusvaccinatie daadwerkelijk extra darminvaginaties veroorzaakt. In Nederland zou dit in theorie leiden tot een toename van maximaal vier darminvaginaties op jaarbasis, terwijl er zonder vaccinatie jaarlijks ongeveer 64 darminvaginaties voorkomen bij kinderen tot 1 jaar. Voor een gevaccineerd kind zou dat betekenen dat de kans op een invaginatie mogelijk toeneemt van 1 op 2.857 naar 1 op 2.703. De Gezondheidsraad vindt het mogelijk iets verhoogde risico op darminvaginatie niet opwegen tegen de voordelen van vaccinatie.

In Noorwegen werd na vaccinatie een verhoogde melding van lactose-intolerantie gezien. Is er een verband tussen vaccinatie en lactose-intolerantie?

Er is mogelijk een causaal verband tussen rotavirusvaccinatie en een tijdelijke lactoseintolerantie. De hypothese is dat de darmwand door vaccinatie mogelijk wat geïrriteerd/beschadigd kan raken waardoor lactase minder goed werkt en hierdoor een tijdelijke (secundaire) lactose-intolerantie kan ontstaan. Hierdoor dreigen vrouwen onnodig te stoppen met borstvoeding of reguliere kunstvoeding en dat lijkt dus niet nodig. In de RIVAR-studie werd tijdelijke lactoseintolerantie gezien bij één kind.

Moeten poepluiers in de dagen na een rotavirusvaccinatie ook apart worden weg gegooid?

Nee, dat hoeft niet. De poepluiers kunnen gewoon in de grijze afvalcontainer. Levend verzwakt vaccinvirus wordt uitgescheiden in de ontlasting. Voor mensen met een gestoorde afweer is het advies om direct contact met de feces van een gevaccineerd kind gedurende 14 dagen na vaccinatie te vermijden.

Mag een kind dat gevaccineerd is tegen rotavirus naar het kinderdagverblijf of gastouder?

Ja, dat mag. De kans op besmetting en het ontwikkelen van symptomen bij een ongevaccineerde, nadat deze in aanraking is gekomen met besmette ontlasting van een gevaccineerde, is erg klein. De levend verzwakte vaccinvirussen zijn veel minder besmettelijk dan wild type virus en andere micro-organismen, die gastro-enteritis veroorzaken. Gevaccineerde kinderen kunnen gewoon naar een kinderdagopvang. Normale hygiëne in acht nemen.

Welk communicatiemateriaal is er beschikbaar?

Er is al veel materiaal ontwikkeld voor rotavirusvaccinatie dat gebruikt kan worden. Op www.rivm.nl en www.rijksvaccinatieprogramma.nl/professionals zijn informatie, animaties en Q&A’s beschikbaar (www.rivm.nl/rotavirus, www.rivm.nl/rotavirus/rotavirusvaccinatie, LCI-richtlijn rotavirus, factsheet rotavirusvaccinatie, instructiefilmpje toediening). Deze informatie wordt geactualiseerd waar nodig. Zodra er nieuwe materialen beschikbaar zijn worden die met de JGZ Jeugdgezondheidszorg (Jeugdgezondheidszorg)-organisaties gedeeld.

Komt er voorlichtingsmateriaal in andere talen?

Voor rotavirusvaccinatie zal eerst materiaal in het Nederlands worden ontwikkeld maar uiteraard zal er zoals gebruikelijk binnen het RVP Rijksvaccinatieprogramma (Rijksvaccinatieprogramma) ook materiaal ontwikkeld worden voor anderstaligen en laaggeletterden. Er komen vertalingen in 12 talen beschikbaar: Engels, Arabisch, Spaans, Farsi, Frans, Papiamento, Pools, Russisch, Somalisch, Tigrinya, Turks en Oekraïens. En er wordt zoveel mogelijk taalniveau B1 en beeldmateriaal gebruikt.

Is handen wassen voldoende om te voorkomen dat we zelf iets van het virus binnen krijgen?

Ja, handhygiëne toepassen conform de richtlijn: Handen wassen | RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu).

Zwangeren vragen soms waarom zij geen rotavirusvaccinatie krijgen, tegelijk met de MKV.

Het rotavirusvaccin is ontwikkeld, getest en goedgekeurd voor toediening aan zuigelingen. Daarnaast wordt verzwakt levend vaccin niet toegediend aan zwangeren.

Wat doet de Rotarix® (de ingrediënten, zoals sucrose erin) met het microbioom bij de jonge zuigeling?

Hoe je microbioom eruit ziet ligt aan verschillende factoren: geboorte, genen, leeftijd, omgeving en voeding. Deze factoren spelen een veel grotere rol dan het tweemaal toedienen van Rotarix®. Borstvoeding bevat veel lactose (melksuiker), dat behoort ook tot de koolhydraten. De hoeveelheid sucrose (9 mg) in het vaccin is echter zo klein dat een effect op het microbioom onwaarschijnlijk lijkt.