Wie op het internet zoekt naar bijwerkingen van vaccinaties, komt soms de term ‘vaccinatieschade’ of ‘post-vaccinatiesyndroom’ tegen. Wat betekent dat voor de vaccinaties uit het Rijksvaccinatieprogramma voor kinderen? Is dat iets om je zorgen over te maken? Op deze pagina geven we je antwoord op die vraag.

Deze pagina gaat over vaccinaties uit het Rijksvaccinatieprogramma voor kinderen. Meer informatie over het post-vaccinatiesyndroom na een coronaprik volgt binnenkort.

Op internet zijn verhalen te lezen over ‘vaccinatieschade’ of een ‘post-vaccinatiesyndroom’. Het gaat om kinderen die na een vaccinatie uit het Rijksvaccinatieprogramma allerlei klachten hebben ontwikkeld waarvoor geen duidelijk aanwijsbare verklaring is. Omdat de klachten zich openbaren rond het moment van een vaccinatie, wordt die inenting gezien als oorzaak. Toch betekent dit niet dat deze klachten ook door de vaccinatie werden veroorzaakt. Er wordt veel wetenschappelijk onderzoek gedaan naar bijwerkingen van vaccins. Het is belangrijk dat als je bijwerkingen vermoedt je dit doorgeeft aan Bijwerkingencentrum Lareb. Zo kunnen we deze ontwikkelingen goed in de gaten houden.

Bijwerkingen na vaccinatie

Een bijwerking is een ongewenst effect na een vaccinatie. De risico’s op bijwerkingen zijn altijd veel kleiner dan de risico’s van de ziekten waartegen gevaccineerd wordt. Meestal zijn bijwerkingen mild en gaan ze vanzelf over. Denk dan aan koorts of een rode, gezwollen plek op de arm of op het been waar de prik is gegeven. Ook kunnen kleine kinderen wat hangerig zijn en vaker langer huilen. Bijwerkingen gaan meestal vanzelf over en duren hooguit een paar dagen. Ernstige bijwerkingen zoals een koortsstuip en heftige allergische reactie zijn zeer zeldzaam en gaan meestal vanzelf over. Deze reacties kunnen ook optreden na een infectie. 

Klachten na vaccinatie

Bij ‘vaccinatieschade’ of het ‘post-vaccinatiesyndroom’ gaat het niet om dit soort bijwerkingen. Het zijn verzameltermen voor een heel scala aan klachten, chronische aandoeningen, handicaps en beperkingen waarvoor geen duidelijk aanwijsbare verklaring is. Denk dan bijvoorbeeld aan gedragsproblemen, allergieën, stoornissen in het autistisch spectrum, slaapproblemen of veranderingen in de eetlust. Sommige ouders zien een verband met vaccinaties. Hoewel daar geen wetenschappelijk bewijs voor is, is het goed dat hier aandacht voor is en er onderzoek naar deze klachten wordt gedaan. 

Is het goed genoeg onderzocht?

Voor alle vaccins wordt veel onderzoek naar de bijwerkingen gedaan. Zowel voordat de vaccins op de markt worden gebracht als daarna. Juist omdat vaccins worden gegeven aan miljoenen gezonde kinderen en tieners, kijken de betrokken organisaties extra kritisch naar bijwerkingen. In al het onderzoek dat gedaan is naar vaccins uit het Rijksvaccinatieprogramma is nooit aangetoond dat vaccinatie chronische klachten veroorzaken of aandoeningen die ook wel vaccinschade of post-vaccinatiesyndroom worden genoemd.

Twijfel over vaccinaties

Door verhalen over ‘vaccinatieschade’ twijfelen sommige ouders over het wel of niet vaccineren. Omdat de ziektes waartegen wordt gevaccineerd steeds minder vaak voorkomen, is er steeds meer aandacht voor de risico’s van vaccinaties. Dat is begrijpelijk, maar geeft wel een vertekend beeld van de realiteit. Ernstige bijwerkingen van vaccinaties zijn zeer zeldzaam.
Doordat zoveel kinderen worden gevaccineerd zijn de risico’s op infectieziekten klein. Maar de gevolgen van zo’n ziekte kunnen enorm zijn. In landen waar minder wordt gevaccineerd, komen deze ziekten nog voor. Vooral bij kinderen die geen vaccinaties hebben ontvangen. Niet alleen wereldwijd, maar ook in Europa en heel soms ook in Nederland.